Revanche voor de nederlaag van de kleine broer
Het had zo mooi kunnen zijn. Het LSG bekerteam uit de LeiSB in de KNSB beker tegen grote broer LSG 1. Helaas vond ASC uit Alphen het nodig om dit feestje te verpesten door in de eerste ronde – nipt – met 2½-1½ te winnen. Nu was het aan ons om revanche te nemen voor deze nederlaag.
ASC had voor de gelegenheid de opstelling wat door elkaar heen gegooid waardoor hun sterkste speler – Dinard van der Laan (2234) op bord 3 was beland. Bij de loting koos kopman Rudy van Wessel voor de zwarte pion waardoor we zwart hadden aan bord 1 en 3.
De wedstrijd begon voorspoedig door een vlotte overwinning van Eelke. Zijn tegenstander had waarschijnlijk wat anders aan zijn hoofd die avond want het leek erop dat hij meer energie besteedde aan het krabbelen op zijn hoofd dan aan de zetten in de partij. Zwart speelde na de zetten 1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 het opmerkelijk 3…b6. Tegen 3.Pf3 is dit uiteraard de hoofdvariant van het Dame-Indisch, maar nu laat het gewoon 4.e4 toe. Eelke zette de partij prima op en voerde de opdracht van de afwezig Capitano (ziek thuis) – gewoon zetjes doen – prima uit. Het waren zelfs nog hele goede zetten ook en al snel werd de 1-0 op het scorebord gezet.
Ik had het mezelf met zwart erg lastig gemaakt tegen Dinard van der Laan. Door iets te gemakkelijk te denken over een gelijke stelling met ongelijke lopers kreeg ik opeens een enorme aanval over me heen. Gelukkig verbruikte mijn tegenstander zeeën van tijd met het zoeken naar een directe winst die er wellicht niet eens was. Toen het ergste achter de rug was, miste ik weer e.e.a. waarna ik in een eindspel met een pion minder terecht kwam. Omdat mijn tegenstander nog maar 30 sec (+ 5 sec increment) voor de rest van de partij had, leek het me nog wel kunnen om remise aan te bieden. Hij weigerde echter om vervolgens direct de pluspion te verliezen. Zijn remiseaanbod werd dan ook geweigerd en toen hij niet wist een elementair ongelijke loper eindspel te keepen, stond het 2-0.
Rudy speelde een puike partij. Het enige wat mee een beetje zorgen baarde was dat hij behoorlijk veel tijd verbruikte in tegenstelling tot zijn tegenstander. Aan de kwaliteit van de zetten was dat dan ook wel weer terug te zien.
Arthur leek na de opening op een zeer snelle overwinning af te stevenen. Hij won een pion en kon met schaak een paard op d6 planten. Op miraculeuze wijze wist zwart overeind te blijven en met wat verrassende en creatieve resources nam hij zelfs het initiatief over. Zwart won een stuk en het lukte Arthur maar net om met het nodige kunst- en vliegwerk (en een beetje geluk) een halfje veilig te stellen. Hieronder kunt u de partij vinden met het commentaar van Arthur zelf.
Een duidelijke en verdiende overwinning waarmee we dan toch een beetje revanche hebben genomen.
| ASC | LSG | ½-3½ | ||
| Eric Fraikin (w) | 1962 | Rudy van Wessel | 2389 | 0-1 |
| Clement van de Laar | 2074 | Arthur Pijpers | 2366 | ½-½ |
| Dinard van der Laan | 2234 | Edwin van Haastert | 2406 | 0-1 |
| Paul de Vries | 1962 | Eelke Wiersma | 2359 | 0-1 |
Het valt me nu pas op dat ik rond zet 37 met al mijn stukken aan de rand van het bord sta. Speciaal voor de mannen van de lesgroep: probeer dit niet na te doen, blijf bij het midden (maar niet zo kwetsbaar met een koning voorop in de strijd…) overigens vond wit het genoeg, ik had best nog even door willen spelen. Quizvraag voor de volgende les: welke (platte) zet was beter / eenvoudiger dan het spectaculaire 39…,Txb2 ?
Ah, foutje. Wit vond het inderdaad mooi geweest en ik kan me heel goed voorstellen dat het voor zwart geen enkel probleem was om nog even te genieten van de stelling. Ik heb het gecorrigeerd.
Ook de partij van Arthur is nu aan het verslag toegvoegd.