Opening van dans en speeches
We hebben het allemaal al zo vaak meegemaakt. De opening. Op het bord heb je hier nog enige controle over, maar bij een toernooi heb je te maken met burgemeesters, hoogwaardigheidsbekleders en andere bobo’s. Vaak gaat dat goed, soms ook niet.
Zurab Azmaiparashvili, sinds kort verkozen tot president van de Europese Schaakbond (ECU) en een man van een bedenkelijk allooi, had zich, zo sprak hij, laten vertellen dat Baskisch en Georgisch veel op elkaar leek. Hij had zich daarom voorgenomen de speech in het Georgisch te houden. Maar omdat hij niets van de voorgaande sprekers verstaan had, deed hij het toch maar in het Engels. De zaal was doodstil. “This was a joke”, zei hij toen. Er werd schamper gelachen.
Andere sprekers doen het beter. Zij begrijpen dat sporters komen om te sporten. Zij houden het kort, heten de spelers en genodigden welkom. De beelden van de prachtige stad Bilbao op een groot scherm helpen ook; een beetje chauvinisme is de Basken niet vreemd.
De speeches werden afgewisseld met een aantal optreden van folkloristische dans. Jonge mannen en vrouwen die met veel plezier op opzwepende muziek een dans ten tonele brachten. Het linker been regelmatig tot ver boven het eigen hoofd omhoog gooiend.
En dan waren er de kinderen. Elke ploeg werd aan het publiek voorgesteld. En bij elk land verscheen er een kind gekleed in T-shirt met de vlag en naam van het land, op het podium. Op een groot scherm achter hen werden beelden van Bilbao getoond, afgewisseld met de logo’s van de sponsors.
John vd Wiel had het ooit over “door de Zurappel heen bijten”. Geen geklaag mannen, focus op de wedstrijd en dan komt alles goed! Succes!