LSG 6 wint van Leiderdorp 2!

In de vijfde speelronde van Klasse 6D mogen we het opnemen tegen Leiderdorp 2, dat op 4 matchpunten één plaatsje boven ons staat. Als LSG 6 hebben we twee matchpunten, die we scoorden in de openingsronde tegen Zukertort Amstelveen 4. Daarna hebben we twee keer nipt en een keer duidelijk verloren.
 
In de aanloop naar onze tweede thuiswedstrijd dit seizoen hebben we er in het volle Denksportcentrum weer veel zin in.
 
Stanley opent de score na vijf kwartier spelen.
 
Bord 8 Stanley schrijft: “Ik begon met een gewone opening (Italiaans) en verloor een paard. Ik kreeg genoeg  compensatie en kon de koning van mijn tegenstander mat zetten.”
1 – 0
 
Het is enkele minuten na drieën wanneer Simon en Paul ongeveer tegelijkertijd een vol punt binnenhalen.
 
Bord 4 Simonschrijft: “Ik begon met Pf3 om flexibel te blijven. Afhankelijk van wat zwart doet wilde ik waarschijnlijk Catalaans of Neo-Catalaans spelen.
 
Na 3. .. Pc6 speelde ik d4 om e5 te voorkomen. Daarna speelde ik c4 en kwamen we in Catalaanse structuur terecht. Zwart antwoordde met Le6 en ik speelde Pg5. Hij had geen fijn veld om zijn loper naartoe te spelen, want met Ld7 en Lf5 is xd5 een probleem. Hij speelde Lg7 en ik sloeg de loper met Pxe6. Ik hoopte dat met deze ruil mijn witveldige loper sterk werd en dat ik op zwaktes in de zwarte structuur kon gaan drukken.
 
Een paar zetten later speelde hij 9. Pg4. Ik denk dat hij het paard van de diagonaal van zijn loper wilde halen om op op d4 de drukken. Dit gaf mij de kans om La3 te antwoorden met een röntgenaanval op op het paard en op e6. Hij verdedigde met h5. Ik wilde f3 doen om het paard weg te jagen, maar als ik dat meteen speelde zou zwart met schaak op d4 kunnen slaan. Daarom speelde ik e3. Hij sloeg op c4 en toen had ik een keus: ik kon terugslaan op c4, ik kon op g5 slaan of ik kon f3 spelen. Ik besloot op c4 te slaan om de spanning te handhaven, al denk ik achteraf dat dat misschien niet optimaal was.
Hij speelde nu Dd5, waarmee hij mijn paard aanviel en f6 dekte. Ik speelde Dc2 om het paard te dekken en tegelijk druk te zetten op g6, maar hiermee liet ik wel de aanval op het paard op g4 los.
 
Hij viel mijn paard aan met b5 en toen dacht ik een kans te zien om met Lg2 een röntgenaanval te doen op zijn dame, paard en toren. Volgens de engine had ik geduldiger moeten zijn met Pd2 want, met Pb4 of Dxc4 kon hij er nog relatief goed uitkomen, al hou  d ik wel een voordeel. Hij besloot het desperado Pxd5 te spelen. Na xg2 speeld hij Dxd4 in plaats van Dxc4, waarna ik met Lxa8 een toren tegen twee pionnen voor kwam te staan. De rest van de partij stond ik flink voor. Op zet 22 sloot ik nog een paard in. We speelden door tot mat.”
2 – 0
Bord 7 Paul: Ik speelde tegen een jeugdspeler bij wie de klok een hele reeks zetten op 1:30 bleef staan. Waardoor hij wellicht op zijn 18e zet over het hoofd zag dat hij een pion kon winnen. In het vervolg werd afgewikkeld naar een toreneindspel, waarin ik een pion kon winnen. Nadat het verschil uitgelopen was naar twee pionnen kon ik een van de pionnen vlot naar de overkant loodsen.
3 – 0
 
Leiderdorp bracht via bord 1 de score terug tot 3 – 1.
Bord 6 Rob schrijft: “Mijn tegenstander speelde de opening vrij passief. Ik kon eveneens door bedaard spel er niet onmiddellijk gebruik maken.
 
Stelling na 15.Lg5

Met 15.Lg5 was niets mis, echter met zet 16. Lf4 verdampte alle voordeel;16...fxe4; nu stonden 2 stukken van mij aangevallen.

Ik besloot toch maar 17.Dxe4 te doen ondanks de dreigende zet 17…d5 In dat geval dacht ik een stuk achter te komen. Analyse thuis gaf aan dat dit met enig vliegwerk te voorkomen was geweest.

Mijn tegenstander besloot tot 17...Pf6.

Na dameruil behield ik het voordeel dat na zwarts 29e zet onderstreept werd.

 

Stelling na 29…Txg3.

4 – 1 Corné wordt vervolgens matchwinnaar met zijn remise op bord 2. De twee matchpunten zijn binnen.

Bord 2 Corné schrijft: “Na de Caro-kann uitruil variant speelde ik met wit c4 en even later c5. Het lukte om op deze manier een ruimte voordeel te krijgen. Een cruciaal moment daarna was een groot uitruil evenement waarbij ik een toren tegen een paard en een loper kon ruilen. De stelling bleef lastig totdat ik nog een pion wist te winnen en daardoor duidelijk een winnende positie kreeg met een vrijpion op de damevleugel. Toch gaf mijn tegenstander op dit moment niet op, sterker nog hij kwam terug met extra koffie. Het lukte hem om zijn toren (laatste stuk) te offeren voor een potentiële patstelling. Met die grap van hem was ik mijn vrij pion kwijt, maar ik besloot toch door te spelen, want zijn koning stond in de hoek en mijn koning moest toch eerder bij de laatste 2 pionnen in het spel kunnen komen. Maar dat bleek nog niet eenvoudig met een loper en een paard tegen een toren om dat af te dwingen. Ik maakte een fout en dat kostte me een loper tegen een pion. Gelukkig voor mij bood mijn tegenstander toen remise aan die ik snel accepteerde”
4½ – 1½.
 
Naarmate er meerdere partijen in de zaal tot een einde kwamen werd het er niet stiller op. Frank, Moritz en hun tegenstanders kregen veel ruis te verwerken, waarbij er uitstekend spel op het bord vertoond werd.
 
Het is half vijf wanneer Frank en zijn tegenstander het eens zijn over remise.
 
Bord 5 Frank schrijft: “Ik kreeg de Bird’s opening tegen mij. Alleen ervaring mee online in snellertjes. Als liefhebber van het Frans open ik dan altijd met 1….e6.
 
Met gezonde ontwikkelingszetten heb ik tot de 13e zet een redelijke plus maar bega dan een slordigheid en mijn plus is weg. Mijn tegenstander heeft een aanvallende stijl. Steeds legt hij mij tactische problemen voor. Steeds vind ik het juiste antwoord (Stockfish ziet natuurlijk meer!). Met een pion minder slaag ik erin toch remise te maken. Al met al tevreden.”
5 – 2
 
Moritz en zijn tegenstander verplaatsen hun strijd naar de hoek van LSG 3, waar alleen Jan Hellenberg nog speelt en wringen hun stelling volledig uit om na zessen remise overeen te komen. Tegen het einde van de eerste tijdcontrole is er even commotie, omdat er onzekerheid is over de methode van toekenning van de extra speeltijd. Wedstrijdleider Chris de Weert verschaft duidelijkheid.
 
Bord 3 Moritz schrijft: “met zwart kreeg ik een Konings Indisch aanval, met 3.. Lf5 4.c4 c6. Ik heb gewoon mijn stukken goed ontwikkeld, helaas heb ik a6 gespeeld om  veld b5 te verdedigen tegen het witte paard, maar deze pion doorbraak heeft een zwakte gemaakt van veld b6, waar enkele zetten later het witte paard een prima veld heeft. Mijn torens stonden vast en ik had geen goede ideeën om mijn stukken los te maken. Dan had ik een kans om remise te maken met zetherhaling, met Ph5 De3, Pf6 Df4, en nog Ph5, als ik nog een keer Pf6 speelt dan mijn tegenstander was ook akkoord met remise, maar ik wilde niet op die manier de wedstrijd af maken. Helaas maakte ik een fout: na stukkenruil ben ik een pion kwijt. De partij ging door en ik was gelukkig dat mijn tegenstander onder tijdsdruk de pion terug heeft gegeven, en daarna stonden wij in een remise eindspel met loper tegen paard en de zelfde aantal pionnen op beide kant, na meer dan 70 zetten en 5½ uur schaken zijn wij remise overeengekomen.”
5½ – 2½
 
Met deze overwinning komen we 3 matchpunten los van de onderste plaats en staan op 4 matchpunten van koplopers Philidor Leiden en DD.
 
Volgende maand mogen we op bezoek bij de nummer drie van de ranglijst: Amersfoort.
 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*