LSG 4 – Oegstgeest 1: 2-6
Oegstgeest kwam op in de sterkste opstelling. Alleen zat Nebosja Nikolic op bord 1 en Fred Slingerland op bord 2. We hebben ons nog aardig geweerd. De uitslag 2-6 was daardoor een beetje geflatteerd.
Marco de Mooij verloor als eerste van Joop Piket. Veel heb ik niet meegekregen, maar toen ik voor het eerst naar de stelling keek zag het er al niet goed uit. Johan Stins was tegen Joop Bakker in een paardeindspel met een pion minder gekomen maar het bleek toch remise te zijn. Daan Binnendijk kwam gelijk uit de opening tegen Nebosja Nikolic, maar een slechte zet koste hem de kwaliteit en de partij. Arthur Belle stond minder tegen Johan Boots en ging akkoord met remise. Peter Passenier kwam tegen Gert Michiel de Niet een pion voor in een eindspel loper tegen paard, maar het bleek helaas remise te zijn. Jan Hellenberg kwam tegen Fred Slingerland (100% score) minder uit de opening. Fred zag een combinatie niet waardoor hij een toren tegen een dame had gewonnen, maar hij bleef minder staan. Fred deed het daarna niet goed en had voor eeuwig schaak moeten gaan. In plaat daarvan verloor hij een pion en kwam in een verloren eindspel terecht. Tot twee keer toe deed Jan een verkeerde zet waardoor Fred remise kon maken. De eerste keer zag Fred het niet, maar de tweede keer wel. Frans Erwich had tegen Evert Leeuwenburg een toren gewonnen tegen een paard en wat pionnen. Het zag er gevaarlijk (slecht) voor hem uit. Een blooper (aftrekschaak tegen) van hem kostte hem een toren of een dame tegen een loper.
We hebben echter nog een kans om niet te degraderen. Dat is de volgende wedstrijd winnen tegen De Pion 2 uit Roosendaal. Zij staan twee punten op ons voor met evenveel bordpunten. Verder staat DD 2 een punt op ons voor.
Verslag: Jan Hellenberg
Mooi verslag.
Terecht dat de partij Zwinkels-Van Drunick in dit verslag niet besproken is. Heel onopvallend voor de aanwezigen (het leek immers bord 6 in de match Oegstgeest 1 – LSG 4) speelden deze twee matadoren afgelopen zaterdag een nieuwe partij in hun onderlinge tweekamp. Alle vorige ontmoetingen waren in remise geëindigd, snelschaakpotjes niet meegerekend. En ook nu leek remise onafwendbaar. Zwinkels probeerde met een pionoffer het spel te maken. Maar Van Drunick deed waar hij bekend om staat, de rug werd nog eens gekromd, de juiste stukken werden teruggeroepen naar de defensie en toen hij zo ongeveer in zetdwang was, volgde een venijnige paarduitval. Zwinkels koos eieren voor zijn geld pakte zijn pion terug met een afwikkeling naar een remise toreneindspel. Van Drunick bood remise aan. Toen gebeurde er iets zeer merkwaardigs. Zwinkels was, waarschijnlijk door de plaats waar zijn bord stond, dusdanig in de war dat hij werkelijk dacht deel te nemen aan de teamwedstrijd LSG 4 – Oegstgeest 1. In plaats van te doen wat hij altijd deed in partijen met Van Drunick, namelijk de arm uitsteken en Van Drunick complimenteren met diens spel, impliciet zichzelf daarmee op de borst kloppend…in plaats daarvan stond hij op en ging Hellenberg vragen of hij het aanbod van Van Drunick kon aannemen. Hellenberg reageerde verbaasd op die vraag. In plaats van die verbazing te benoemen via een tegenvraag als “Goh waarom vraag je dat aan mij?” mompelde hij afwezig en nauwelijks verstaanbaar “doorspelen”. Zwinkels deed daarop enkele zetten met een kwaliteitsniveau als ware hij Aronian die ergens in Moskou een toreneindspel tegen Anand speelde. Van Drunick speelde het vervolg strak uit en de eerste overwinning voor een zich excuserende Van Drunick in de match werd hiermee een feit.
Een mooi verslag van onze partij, Wim. Je hebt jezelf wel een te bescheiden rol toegedicht, dunkt mij.
Door je uitgebreide openingsvoorbereiding liet je mij al snel misgrijpen waardoor ik een stelling kreeg waarmee de eerste generatie schaakcomputers blij mee waren geweest.Mijn waardering voor mijn stelling grensde eerder aan lichte walging.
De venijnige paardensprong leek have en goed te redden maar was in wezen de zet die tot mijn ondergang zou moeten leiden. Een kwaliteitsoffer op f5 of -iets minder -op d7 had de partij efficiënt uitgemaakt.
Dat ik daarna nog won was leuk meegenomen,maar ik heb er weinig voor hoeven doen.
Een leuke partij!
Overigens wel een goede beslissing van de teamleider. Hij stond zelf misschien gewonnen, Erwich een kwaliteit voor (maar wel lastig) en Passenier een pion voor (waarschijnlijk niet genoeg). Het is uiteindelijk (ruim) niet gelukt, maar je moet af en toe forceren om tot teamresultaat te komen.