LSG 2 strijdend ten onder in “020”
Voorafgaand aan het seizoen was de doelstelling duidelijk: kampioen worden. En als dát dan niet lukt, dan toch zeker wel bij de eerste 2 eindigen. Na 4 rondes spelen lijkt deze doelstelling door de werkelijkheid achterhaald te zijn en (spoiler alert!) na afloop in de pizzeria hadden verschillende teamgenoten het al over: “We gaan vanaf nu gewoon lekker wedstrijdjes spelen” en “Zij waren ook wel érg sterk opgekomen”. Een trieste constatering zou je wel kunnen zeggen.
Vol goede moed kwamen we aan in Amsterdam (of zoals sommige teamgenoten zeggen: ‘020’), een klein groepje met de auto en de anderen met het openbaar vervoer. Het ‘autogroepje’ was al vroeg – bijna een uur van te voren – bij de speellocatie gearriveerd. Even later was ook een groot deel van het 3de team aanwezig, welke tegen een ander team van Caïssa uit Amsterdam moest aantreden. Al snel ontstond de discussie of de spelers van het 2de, die met het ov reisden, wel op tijd waren vertrokken. Zij hadden immers de trein van een half uur later en het was ondertussen al half 1. Gelukkig bleek alles mee te vallen (lees: op wonderlijke wijze reden alle treinen volgens het geplande tijdschema) en was iedereen ruim op tijd.
In een enigszins andere samenstelling dan normaal verscheen LSG 2 aan de start. Door uitvallers in zowel ons team als in andere LSG-teams waren wij genoodzaakt om met 2 invallers te spelen, gelukkig werd het team er niet of nauwelijks zwakker op, dit in tegenstelling tot de lagere teams…
Dan de wedstrijd zelf. Wat mij vooral opviel is dat sommigen van ons (waaronder ik zelf) in de opening werden verrast met ietwat dubieuze varianten.
Zo ook Michiel op bord 1 met wit. In een veel voorkomende opening speelde zijn tegenstander op zet 3 al een merkwaardige zet, welke niet goed kan zijn voor zwart. Het is dan echter wel vereist dat wit op de juiste manier reageert en dit bleek minder eenvoudig dan je in eerste instantie zou vermoeden. De voortzetting die Michiel koos leek logisch maar resulteerde uiteindelijk in een middenspel waarin zwart geen problemen kende én misschien zelfs wel voor de winst zou kunnen spelen. Na de stelling goed te hebben gekeept én de mazzel te hebben gehad dat zwart zijn kansen niet wist te benutten werd de vrede getekend. 1/2-1/2
Op bord 2 speelde Raoul met zwart voor mijn gevoel een hele degelijke opening. Zwart leek zelfs al snel het betere van het spel te hebben. Even later stond hij zo goed dat ik het punt eigenlijk al geteld had, maar uiteindelijk bleek hij de partij in bepaalde tactische verwikkelingen te hebben verloren door een belangrijk schaakje van wit over het hoofd te zien. 1-0
Zelf speelde ik op bord 3 en er werd mij een leeuw verschoteld. Nee niet een echte leeuw, maar de schaakopening natuurlijk! Het was alweer een tijdje geleden dat ik deze opening goed had bekeken, maar na een tijdje nadenken had ik weer het een en ander bedacht over hoe de main line ging en welke ideeën van belang waren in dit soort type stellingen. Op de 5de zet kreeg ook ik echter een dubieuze variant (Volgens mijn online database scoort wit 70% over 100 partijen en Houdini geeft bijna +1 als wit de goede voortzetting vindt) voorgeschoteld. Ik kreeg het echter voor elkaar om in korte tijd zo goed als al mijn bedenktijd te verbruiken én een niet zo goede voortzetting te spelen. Om die reden kwam ik al snel onder druk te staan. Mijn tegenstander voerde langzaam maar zeker de druk op en na nog een aantal onnauwkeurigheden was het snel gespeeld. 0-1
Eelco op bord 4 had het ook zwaar. Niet of nauwelijks met zijn tegenstander of de stelling, maar vooral met de stad waarin wij speelden. De stelling was namelijk zo saai en zo gelijk dat ik me afvroeg of beide spelers wel zin hadden om te schaken. Nog even probeerden beide spelers er wel iets van te maken, maar uiteindelijk werd gewoon de vrede getekend. 1/2-1/2
Op bord 5 speelde Marcel een van zijn geliefde witopeningen. Toen zijn tegenstander ervoor koos te laten zien dat hij wist hoe het paard bewoog, voelde Marcel de noodzaak dit gelijk af te straffen met een soort pseudo-stukoffer, welke gebaseerd was op allerlei tactiek en positionele kenmerken. Dit bleek echter niet te werken en zijn tegenstander kwam duidelijk beter te staan. Marcel’s tegenstander had echter na 19 zetten nog maar 3 minuten op de klok en omdat Marcel besloot dit te gebruiken leek het even dat we aanwezig waren bij een snelschaaktoernooi. Net toen zwart beter leek te staan was hij echter moegestreden en koos hij voor zetherhaling. 1/2-1/2.
Op bord 6 speelde Quirinius, die wij mochten lenen van het 3de, een prima partij. Nadat de schotse opening was overgegaan in een italiaanse opening dicteerde hij het middenspel en met een massale afwikkeling werd een paardeindspel met pluspion bereikt. Net toen ik op de hoogte was gesteld dat Quirinius wel eens kon gaan winnen koos hij in hevige tijdnood voor de verkeerde voortzetting en zo ging helaas ook deze partij de prullenbak in. 1-0
Gerrie speelde op bord 7 misschien wel de meest interessante partij. Met een kwaloffer kon hij de zwarte koning (tijdelijk) in het midden van het bord houden en de witte stukken probeerde zich richting deze koning te manoeuvreren. Het is uiteindelijk de vraag of wit genoeg tijd heeft dit te doen, aangezien zwart een concreet plan heeft waarmee hij zijn koning in veiligheid kan stellen. Dit plan kost ongeveer 3-4 zetten. In die tijd zou wit iets agressiefs moeten creëren om niet ‘gewoon’ een kwaliteit achter te staan. Dit lukte Gerrie uiteindelijk niet en toen zwart zijn koning eenmaal in veiligheid had gesteld nam hij de aanval over waarna Gerrie een stuk blunderde. 0-1
Op bord 8 mocht Peter Passenier, speler van ons 4de team invallen. In een interessant middenspel, welke was ontstaan uit de meest gespeelde opening die het schaakspel kent (Juist ja de NAJDORF!), besloot Peter een kwaliteit te offeren. Zijn tegenstander reageerde hier niet goed op en Peter kon zo een mooie winstpartij binnenhalen! Een mooie overwinning voor Peter in de 2de klasse van de KNSB-competitie!! 0-1
Al met al werd het 5,5-2,5 in het voordeel van de sterk opgekomen Amsterdammers. Hoewel de uitslag met een beetje meer geluk ook onze kant op had kunnen vallen kan ik toch niet anders concluderen dan dat de Amsterdammers verdiend gewonnen hebben. Het hoogtepunt van de dag kwam eigenlijk pas na afloop in de pizzeria toen – terwijl bij mij nog de teleurstelling overheerste – door een aantal clubgenoten de volgende geniale opmerkingen werden gemaakt: “Er is wel een briljante partij gespeeld, maar niet door iemand uit ons team” en “Nee ik heb geen quattro formággi maar quattro stagióni, want kaas = kaas”. Om reputatieschade te voorkomen zal ik de namen van de desbetreffende spelers niet noemen!
Als laatste nog een woord van dank aan de invallers die hun uiterste best gedaan hebben om ons team van de ondergang te redden! Helaas mocht het niet zo zijn.
Persoonlijke resultaten:
T | Caissa 2 | 2138 | LSG 2 | 2142 | 5½ | 2½ |
1. | Jack Blanchard | 2177 | FM Michiel van Wissen | 2248 | ½ | ½ |
2. | Rogier van Arkel | 2168 | FM Raoul van Ketel | 2254 | 1 | 0 |
3. | Piet van der Weide | 2096 | Justin Senders | 1982 | 1 | 0 |
4. | Gert-Jan van der Hoeven | 2210 | Eelco Kuipers | 2305 | ½ | ½ |
5. | Enrico Vroombout | 2198 | Marcel Mol | 2125 | ½ | ½ |
6. | Anno Steenberg | 2137 | Quirinius van Dorp | 2112 | 1 | 0 |
7. | Abe Willemsma | 2042 | Gerrie Bloothoofd | 2134 | 1 | 0 |
8. | Francis Lesman | 2075 | Peter Passenier | 1976 | 0 | 1 |
Justin Senders
Geef een reactie