Leithen 2 – LSG 6
In onze nieuwe samenstelling met hogere gemiddelde rating dan vorig jaar begonnen we goed toen Jaap, op verzoek van Leithen bij ons vooruit spelend, zijn partij won. Helaas bleef het bij dat ene volle punt thuis. Ruud heeft hier het laatste woord over.
AART: “Tegen Jerry Bey kwam ik redelijk tot goed uit de opening. Maar ik zag niet hoe het verder moest. Gevolg was dat mijn tegenstander kon hergroeperen. Daarna had hij het eigenlijk niet moeilijk meer. Hij beschikte ook over een eenvoudig speelplan. Ik kon alleen nog een wanhoopsactie op de damevleugel uitvoeren, maar daarbij verloor ik een stuk en was de strijd in feite beslist. Dat de partij pas als laatste beëindigd werd, had tot gevolg dat de teamleider van Leithen aan mijn tegenstander kwam melden dat remise genoeg was voor teamwinst. Uiteraard ging hij daar niet op in en speelde gewoon door. Met het voor mij onvermijdelijke resultaat.Al met al, moet ik concluderen dat mijn tegenstander die avond te sterk was voor mij.”
MARCEL: “Vanaf de 7e zet mijzelf hopeloos vastgezet door een rekenfoutje, waardoor wit alleen maar 5 logische zetten moest verzinnen om een stuk te winnen. Op zich ook wel mooi dat het allemaal zo dwingend was, maar ik had het liever niet ondergaan.
Daarna voor de vorm de LSG leidraad ‘Schaken als teamsport’ gehanteerd en 15 zetten met een stuk minder doorgespeeld in hopeloze stelling. Totdat ik doorhad dat er al twee remises waren aangeboden, daarna ben ik maar gestopt met doorspelen.”
MICHIEL: “JAAP lijkt van begin af aan de touwtjes in handen te hebben gehad.
HERMAN, die naast me zat … weet ik niet, helaas, ik werd te zeer in beslag genomen door mijn eigen partij. Daarin, een Gesloten Siciliaan, kreeg ik de kans f4-f5 te spelen, kwaliteitsoffer op f6 erachteraan … onweerstaanbaar en ik kon niet een zet wachten. Mijn tegenstander counterde meteen scherp met h7-h5, de g- en h-lijn kwamen open, hij had een blunder van mij af kunnen straffen, daarna miste ik iets. Leve de (te) scherpe stellingen, we vonden het allebei een boeiende pot. Omdat Alexander geen zin had in een tijdnoodduel waarin ik iets meer tijd had, bood hij met L+5 tegen P+4 remise aan, wat ik uiteraard graag aannam. (De LSB moet ook naar 30 seconden!)”
GERARD: “Voor het eerst in 15 jaar weer eens een serieuze wedstrijdpartij gespeeld. Via zetverwisseling in de opening kwam ik na 5 zetten toch met zwart in een van mijn favoriete openingssystemen terecht: de Rubinstein-variant van het Frans. Als wit niet al te ambitieus is voldoende om gemakkelijk een gelijke stelling te krijgen, als wit te ambitieus is een levensgevaarlijk wapen voor zwart. Het werd het eerste.
Ik kreeg gemakkelijk gelijk spel en stond in de slotstand misschien een tikkeltje beter. Heb het remise-aanbod van mijn tegenstander toch aangenomen vanwege gebrek aan een goed plan, en de stand op de andere borden op dat moment. Was ik na 15 jaar afwezigheid eigenlijk best tevreden mee.”
CHRIS: “Het ging bij mij niet helemaal lekker. Er werd druk uitgeoefend op mijn pion d4 zowel door de loper op g7 als de zwarte pion op c5. In lichtelijke tijdnood maakte ik een fout waardoor zwart e5 kon spelen en met als gevolg dat ik een slechte pionnenstructuur overhield. Vervolgens mislukte mijn actieve verdediging waardoor 1 pion achter kwam en zwart 2 verbonden vrijpionnen overhield. (b en c) In hoge tijdnood zette ik mijn toren op c7 waardoor een combinatie in de stelling kwam die mij een toren koste (Ta1+ Kh2 en Le6+ kost toren op c7). Over en Uit.”
RUUD: “Mijn opponent zat vol respect over de veldslagen die ik ooit in een beter schaakverleden met zijn vader, voorganger LSB kampioen, had uitgevochten. Resultaten uit het verleden geven echter geen garantie voor de toekomst, zeker gezien het lange tijdperk van min of meer inactiviteit.
Ondertussen met zwart langzaam – ten koste van een nog niet gerokeerde koning – een sterk centrum opgebouwd. Met de gruwel van de doortikkende klok en de 10 seconden hel weer in het vizier liet ik het echter ergens glippen en bood mijn opponent na een voor hem alles bevrijdende dame-move – remise aan. Mijn reputatie uit het verleden bleek toch nog ergens goed voor.
Na ampel beraad en de balans over alle borden beziend op dat moment min of meer in evenwicht kon ik dit niet weigeren. Zowel tijd als stelling stonden plots flink in de min en een halfje was dan nog altijd mooi meegenomen
Helaas bleek dat toch te weinig en met het oog op de Elo-punten (de nul van mij uitgezonderd) hadden we het toch juist op de lage borden, waaronder het mijne, moeten doen.Leithen uit altijd lastig dus.”
Tekstverzamelaar: Michiel
Eerste ronde, 3 november
Leithen 2 | LSG 6 | 5 – 3 |
Jerry Bey (z) | Aart van de Peut (w) | 1 – 0 |
Arno Luinenburg | Marcel Hermans | 1 – 0 |
Jos Vlak | Jaap van der Heijden | 0 – 1 |
Rein Thierry | Herman Heijboer | ½ – ½ |
Alexander van den Bosch | Michiel Zeevaarder | ½ – ½ |
Hans Wansink | Gerard Vink | ½ – ½ |
Marc de Mey | Chris de Weert | 1 – 0 |
Jerry Bey sr. | Ruud Dobbelaar | ½ – ½ |
Welkom terug, Gerard!