35e OPK: Lafeber gedeeld eerste
Delftse Schaakclub organiseerde vanaf januari de 35e editie van het Open Prometheus Kampioenschap. Een 7 rondig toernooi dat opgestart is door studentenschaakvereniging Prometheus, totdat de vereniging dusdanig uitgedund is dat het onderdeel van Delftse Schaakclub geworden is. Naast het kampioenschap is er tevens de strijd om de beste Delftenaar onder de deelnemers. Een Delftenaar kan Het Bronzen Paard winnen, een prijs die ook door Jan Timman gewonnen is. Voor de tweede keer is er een derde toernooi onderdeel geworden: Het veteranenkampioenschap van de HSB, opengesteld voor leden van de LeiSB en de HSB.
Vanuit LSG zijn Evert Lafeber en Paul Koks van de partij. Evert bereikt de gedeeld eerste plaats met Daniël van Loenen en is tweede op basis van weerstandpunten en ook onderling resultaat. Paul komt niet verder dan twee punten.
Prijsuitreiking
De prijsuitreiking is traditioneel op de achtste speelavond ingelijst met een 11-rondig snelschaaktoernooi. In dat toernooi scoort Paul 5½ uit 11 en is samen met Rens ter Veen en Arzhang Davazdahemami de best scorende B-groep speler.
Evert heeft een mooi verslag gemaakt van zijn toernooibeleving.

Alexander, Kasper en Evert
Evert schrijft: “Het OPK in Delft is een toernooi dat over zeven donderdagen wordt gespeeld, met telkens een week ertussen en ook ruimte voor feestdagen. Het gehele toernooi is daarmee verspreid over een kleine vier maanden en daardoor goed “ernaast” te doen. Het speelveld is verdeeld over een A groep (speelveld met elo tussen ongeveer 1800 en 2100, hoewel er geen maximum geldt) en een B groep (tot 1800). Het toernooi is daarom voor elke clubschaker in de regio een aanrader.
Ondergetekende vertegenwoordigde LSG in de A-groep en dat ging niet onverdienstelijk. Hieronder wat partijfragmenten van het avontuur.
In ronde 4 mocht ik het met wit opnemen tegen Daniël van Loenen. Dat was een mooie partij vanuit het Jobava-London. Ik hoor u zuchten. Volgend seizoen speel ik gewoon weer 1.d4… 2.c4. Beloofd.
Na veelvuldig manoeuvreren met de dames met meerdere ruilvoorstellen stond de volgende stelling op het bord:

stelling met wit aan zet
Ik wilde hier Kg2 spelen. Iedereen wil hier Kg2 spelen. Met dat ik de partij invoer zie ik dat de engine op vier verschillende momenten, diagram incluis, Kg2 wil spelen. Na Kg2 is het makkelijk spelen voor wit. Voor zwart is het zoeken naar zetten en het dekken van de zwaktes. Dit, met de wetenschap dat zwart in tijdnood zit. Volgens mij stond de klok van mijn tegenstander in de diagramstelling op minder dan vier minuten. Met een increment van 10 seconden en de betere stelling moet je hier gewoon normale zetten blijven doen. Zelf heb ik hier nog ruim 20 minuten op de klok. Er is niets aan de hand. Ik kreeg het tenenkrommende 27.Txc6? uit mijn vingers. Na 27…Txc6 28.Txc6 Pe5 is pijnlijk duidelijk waarom die witte koning op g2 moet staan:

stelling na 28…Pe5
Hoe ik de truc over het hoofd heb gezien weet ik nog steeds niet. Zwart werkte kalm toe naar een eindspel. 10 seconden per zet zijn hier ruim genoeg. Ik hoopte nog wat tegenspel te kunnen creëren met mijn centrumpionnen. In de onderstaande stelling geeft de engine in eerste instantie als beste zet voor zwart 36…Ta8.

stelling na wits 36e zet
Zwart speelde hier echter heel stoer 36…Rxd5! Daar had de engine een minuut op diepte 28 voor nodig. Mijn tegenstander zag het direct zonder zweetdruppels en rondde het prachtig af.
De laatste ronde van het toernooi was spannend met twee spelers met 4½ uit 6 en drie met 4 uit 6 die veelal ‘tegen elkaar’ moesten spelen. Op papier kon het nog alle kanten op gaan. Dat had ik deels zelf in de hand. Zelf had ik namelijk 4 punten en moest met zwart de degens kruisen met Richard Oranje, die 4½ punten had vergaard.
Onderstaan diagram kwam voort uit een Panov.

stelling na 15.La2
De zwarte paarden lijken een beetje gek te staan maar zijn onderdeel van een springveer die loskomt. Wit speelde hier het kalme 15.Lc4-a2. Daar was echter geen tijd voor. Zwart heeft hier een aanval met beslissend voordeel. Na 15…Pf4 is het voor wit kiezen tussen kwaden. De beste verdediging leidt tot een stelling die niemand zou willen spelen.
Namelijk, na 16.Dd2 Lxf3 17.gxf3 Ped5 18.Kh1 is er geen concrete winst maar is het strategisch verloren voor wit:

analyse na 18.Kh1
Andere zetten resulteren in 18…Dg5+ 19.Kh1 Dg2 mat. Okay, 18.h2-h4 stelt het mat een aantal zetten uit.
Om dit te voorkomen dacht wit er goed aan te doen te kiezen voor 16. De3. Dat maakte de winst echter vrij concreet, want na 16…Pxg2 17.Kxg2 Pf5 18.Df4 g5 is het voor zwart zoeken naar het mat.

stelling na 18.…g5
De engine geeft hier als beste zet voor wit 19. Dxf5. Dat spreekt boekdelen. De partij vervolgde 19.Dc1 Ph4+ 20. Kh3. Ik zat te rekenen met wat achteraf bleek wat het meest precieze vervolg was: 20. …g5-g4+ met 21. Kxg4 Lxf3+ 22.Kf4 Df6+ 23. Ke3 Tfd8 maar dat vond ik onnodig onduidelijk. In die variant moet wit groot materiaal geven om niet mat te gaan. Toch waren er te veel varianten om uit te rekenen. Daarom koos ik voor 20…Lxf3 wat ik een duidelijkere en prettigere stelling vond. Want na 21.Tg1 speelt zwart kalm 21…h7-h6 en heeft wit geen mogelijkheden tot tegenspel meer. En inderdaad, na 22.Lb1 f5 gooide wit de handdoek in de ring.

stelling na 22…f5
Ted Barendse (4½ uit 6) verloor zijn laatste partij. Daniël van Loenen (4 uit 6) wist de zijne te winnen van Martin Glimmerveen (4 uit 6). Daniël en ik mogen daarom de winst delen met beiden 5 uit 7. Hoewel… Gezien het onderlinge resultaat voelt dat toch niet helemaal juist. Daniël, gefeliciteerd!”
Mooie prestatie, Evert. En een mooi verslag!